Bouwbedrijf Eldering uit Hoogkerk: een familiebedrijf met een rijke historie

Het is waarschijnlijk het oudste bouwbedrijf van Groningen: bouwbedrijf Eldering uit Hoogkerk. Dit jaar bestaat het bedrijf 128 jaar en inmiddels staat de vijfde generatie aan het roer. Rias Eldering nam het stokje in 2016 over en daarmee wachtte hem een zware taak; het ging in de jaren na de economische crisis namelijk niet goed. Rias geeft een inkijkje in de geschiedenis van het bedrijf en hoe het in de loop der jaren veranderd is. 

Het verhaal begint met Rias’ betovergrootvader Cornelis Hermanus Eldering. Nadat hij jaren in Amsterdam had gewerkt als timmerman, aannemer en tekenaar, vestigde hij zich in 1892 in Hoogkerk. Zijn zoon, Sijbren Cornelis Eldering, ging met hem mee en werd al snel naar voren geschoven als timmerman. Zo kon Cornelis doen wat hij het liefste deed: tekenen en ontwerpen! In 1906 nam zijn zoon het stokje van hem over en in 1942 was het de beurt aan de derde generatie: Klaas Eldering, Rias’ opa. Hij kocht in 1947 de locatie aan de U.T. Delfiaweg in Hoogkerk waar hij een timmerwerkplaats bouwde evenals een kantoor.

Geen gouden formule 

De jaren na de oorlog waren goede tijden voor de bouw en er werd in hoog tempo aan allerlei projecten in het Noorden gewerkt. ‘Mijn vader was de oudste zoon en kwam in 1961 bij het bedrijf werken. In diezelfde tijd werkte er ook een meneer De Vries. In 1978 heeft mijn opa het bedrijf verkocht aan zijn zoon Hink Eldering en De Vries. Mijn vader zocht ander werk en de naam Eldering veranderde in Eldering De Vries.’

Het was een succesvolle vierde generatie. Eldering en de Vries moderniseerden het bedrijf en groeiden gestaag verder. ‘De Vries verkocht in 1998 zijn aandelen aan zijn zoon. Ik was van dezelfde leeftijd en vroeg aan mijn oom of ik wellicht zijn aandelen kon kopen, zodat het zou overgaan op weer een volgende generatie Eldering. We hebben er heel zakelijk naar gekeken, maar helaas was het kopen van de aandelen op dat moment onbetaalbaar voor mij. Daarom verkocht mijn oom in 2000 zijn aandelen aan drie werknemers.’

Toen stonden er ineens vier mensen aan het roer. Helaas bleek dat geen gouden formule. Hoewel er onderling afspraken waren gemaakt, ging het alsmaar slechter en met de komst van de crisis in 2008 kwam er alleen nog maar meer onzekerheid binnen het bedrijf.

Deur op een kier 

Rias werkte al die jaren in verschillende sectoren van de bouw; als bedrijfsleider, aannemer maar ook als projectleider. ‘Ik keek wel met een schuin oog naar het familiebedrijf. Het ging me wel aan het hart dat het alsmaar slechter ging’, vertelt hij. Desalniettemin bleef Rias zijn eigen pad volgen en kon hij in 2015 een ander bedrijf overnemen. ‘Ik had er 13 jaar gewerkt en de directeur en ik hadden het er al vaker over gehad. Maar toen we om de tafel gingen zitten, kwamen we helaas niet tot goede afspraken en werd dit plan van de baan geschoven.’ 

Die deur ging dicht, maar de deur van het familiebedrijf stond daardoor weer op een kiertje. ‘Ik was in datzelfde jaar benaderd of ik het niet wilde overnemen, maar vanwege mijn zicht op het directeurschap bij het andere bedrijf wilde ik dat toen niet. Toen dit niet doorging, was daar weer de mogelijkheid van het familiebedrijf.’ Hij wist dat het niet goed ging met de zaken en dat hij ook een risico zou lopen als hij ‘ja’ zou zeggen. ‘Toch trok ik de stoute schoenen aan. Het is toch het familiebedrijf, iets waar ik altijd trots op ben geweest. Daarnaast wilde ik ook laten zien dat ik het weer gezond kon maken. Dus na vijftien jaar zonder leiding van een Eldering, trad ik als vijfde generatie aan!’ Inmiddels is Rias driekwart eigenaar en zal hij in 2021 volledig eigenaar worden. 

De wederopbouw 

Er is veel gebeurd in de afgelopen vijf jaar. ‘Het doel was van begin af aan om het bedrijf weer financieel gezond te maken. En daar moest veel voor gebeuren.’ Rias lacht even. ‘In de eerste jaren heb ik echt wel veel zorgen gehad. We moesten ieder dubbeltje omkeren en hebben er echt met het héle team de schouders onder gezet. Daarnaast heb ik ook geïnvesteerd in goede vaklieden, vca-certificering, bedrijfsmiddelen en auto’s. Het was er allemaal niet meer. Ook dat moest weer worden opgebouwd.’ 

De resultaten mogen er zijn volgens Rias. ‘We zitten bijna op het goede omzetniveau. Ik ben dan ook trots op iedereen die meegeholpen heeft en de moed niet heeft verloren. Maar ik ben er ook trots op dat in de periode voordat ik aantrad als directeur, er altijd kwalitatief goed werk is geleverd, ondanks de moeilijkheden waarin het bedrijf verkeerde. Het heeft onze goede naam gelukkig niet aangetast.’ Rias durft voorzichtig vooruit te kijken naar de toekomst: ‘Rustig op deze manier doorgaan en bouwen aan stabiliteit; dat lijken me goede doelstellingen!’ En wat betreft opvolging? ‘Er is bij mijn weten geen interesse in de familie, dus de kans is groot dat ik de laatste Eldering ben die het bedrijf leidt.’

Geef een reactie