Claudia van den Pol, directeur van Apollo uit Coevorden

Apollo Group: ‘Start-up’ met 200 man personeel

Claudia van den Pol (32) staat sinds drie jaar aan het roer van Apollo in Coevorden. Apollo, ontwikkelaar en producent van interne transportsystemen, is een van de oudste familiebedrijven van het land. ‘Maar diep van binnen zijn we nog altijd een start-up.’

Tekst: Marieke Bos
Fotografie: Elsbeth Hoekstra

In het kantoor van Claudia van den Pol staan de koffiekopjes van het vorige bezoek nog op tafel. Ze heeft het druk, heel erg druk, zoveel is duidelijk. De 32-jarige CEO van Apollo in Coevorden is net terug uit Dubai, maar heeft haar koffer alweer klaarstaan voor de volgende trip: de volgende dag vliegt ze voor drie dagen naar Thailand. Druk? Vermoeiend? Welnee, zegt Van den Pol, terwijl ze ontspannen achterover leunt. ‘Ik zie het als een kans! Het is toch alleen maar geweldig dat ik de kans heb gekregen zo’n mooi bedrijf als Apollo te leiden?’

Het enthousiasme en optimisme blijken tekenend voor de nog jonge CEO van de Drentse multinational. Ze is alweer de zesde generatie Van den Pol aan het roer van Apollo en daarmee is de producent van interne transportsystemen één van de oudste familiebedrijven van Nederland. Van den Pol nam in 2016 de aandelen van haar vader over, en geeft inmiddels leiding aan een kleine tweehonderd man, verspreid over de vestingen in Coevorden, Thailand, China en de Verenigde Staten. En als het aan Van den Pol ligt, blijft het daar niet bij. ‘Ik wil de wereld veroveren’, zo zegt ze zelfverzekerd.

In de hal die leidt naar de directiekamer van Apollo hangt het vol met foto’s en herinneringen uit de lange geschiedenis van het familiebedrijf. Van een tekening van de smederij in Nijkerk waar het in 1847 allemaal mee begon tot foto’s van volgende generaties, verhuizingen en indrukwekkende machines én klanten.

Wat dus begon als smederij is in de loop der jaren uitgegroeid tot een specialist op het gebied van interne transportsystemen voor de industrie. De transportsystemen worden door Apollo ontworpen én gebouwd, in zowel Coevorden, Thailand als de VS. ‘Het gaat dan om spiraalmachines en -systemen die producten in een fabriek van boven naar beneden transporteren, of juist horizontaal: van de ene kant van de hal naar de andere kant’, verduidelijkt Van den Pol. Ze geeft toe: vreselijk complexe machines zijn het niet. ‘Er zijn machines die stukken slimmer en ingewikkelder zijn, maar als een van onze machines dienst zou weigeren, ligt wel meteen het hele productieproces stil. Dus het gaat wel om echt cruciale apparaten.’

Het zijn niet de minste namen waaraan de transportsystemen geleverd worden. ‘Als je M&M’s eet, is de kans heel groot dat ze door een machine van ons van de ene plek in de fabriek naar de andere zijn vervoerd.’ Maar de lijst met aansprekende namen is langer, veel langer. Wat te denken van Coca-Cola, modehuis Hermes, l’Óreal, Pirelli, Ferrero Rocher, Zalando en ja, zelfs auto-onderdelen van Tesla worden vervoerd via transportbanden van Apollo.

Jong meisje
Claudia van den Pol is de jongste van een gezin van drie. Ze heeft nog een oudere zus van 40, en een broer van 38, die bij Apollo een commerciële functie vervult. ‘Hij heeft nooit de ambitie gehad de zaak over te nemen, daar is hij altijd duidelijk over geweest. Hij werkt hier als verkoper, en zou ook niet anders willen. Heel stoer vind ik dat, om vooral je hart te volgen. Als ‘zoon van’ is er toch min of meer de verwachting dat je de zaak van je vader gaat overnemen.’

Waar haar broer die ambitie niet had, droomde Van den Pol er als tienermeisje al van om later aan het roer van Apollo te staan. ‘Ik herinner me nog dat ik net 15 jaar oud was en voor het eerst mee mocht naar een beurs in Amerika. Het was allemaal helemaal nieuw voor me, maar ik vond het fantastisch!’, klinkt het nog net zo enthousiast. ‘Mijn vader had me voor vertrek al toegesproken: ‘dit is geen vakantie, er wordt gewoon gewerkt’. Maar dat vond ik helemaal niet erg. Ik ging totaal op in mijn rol: ik had bijvoorbeeld alle specs van de machines op kleine briefjes geschreven die ik dan af en toe op de wc nog even doornam.’

Ondertussen was Van den Pol wel steeds vaker op de werkvloer te vinden. ‘Op mijn zestiende woonde ik al mijn eerste strategische sessie bij. Ik wist heel goed wat mijn rol was: ik heb urenlang mijn mond gehouden, en zei alleen iets als me ook wat gevraagd werd. Ondertussen zoog ik alle informatie als een spons in me op. Geweldig interessant vond ik het.’

Zo rond haar 25e, ze was inmiddels afgestudeerd en had een eigen ‘marketing consultancy-bureautje’, was daar hét gesprek met haar vader. ‘Ik zei: ik wil het bedrijf op den duur graag overnemen, maar als jij dat niet wilt, of eraan twijfelt of ik het wel kan, wil ik dat graag nú horen.’ ‘Ik kan niet in de toekomst kijken’, was het antwoord van haar vader. ‘Maar als jij denkt dat je het kan, moet je dat maar gaan bewijzen.’

Expansie
En dat deed ze, en hoe! In de drie jaar dat Van den Pol nu aan het roer staat, opende ze verkoopkantoren in onder andere China, Frankrijk, Duitsland en het Verenigd Koninkrijk en werd er in Bangkok, Thailand, een fabriek geopend waar inmiddels meer dan 20 mensen aan het werk zijn. Er wordt nu nog alleen geproduceerd, maar het is de bedoeling dat uiteindelijk ook de engineering van de machines hier plaats zal vinden. Met de groei van het aantal verkoopkantoren, groeide ook het aantal personeelsleden: in totaal werken er momenteel ruim 200 mensen bij Apollo, waarvan meer dan de helft in Coevorden.

Over de omzetgroei laat ze zich niet uit. Evenmin laat ze zich verleiden om met de eer te strijken of zichzelf de volledige credits toe te wijzen. ‘Ik had dit niet zonder mijn vader kunnen doen. Hij heeft jarenlang het voorwerk gedaan, de basis gelegd, en ik heb alleen maar de kans gekregen het bedrijf verder uit te bouwen.’ Ze geeft toe: ze runt daarbij de onderneming anders dan voorgaande generaties. ‘Mijn vader heeft een hart voor techniek, en was vooral gefocust op het maken van mooie machines. Als een machine de deur uitging nam hij echt nog even de tijd voor een laatste check, en keek hij of alle onderdelen aanwezig waren.’

‘Ik ben meer van de expansie. Ik wil groeien, de wereld veroveren. Ik heb daarin een enorme drive’, zegt ze. ‘Maar ik ben me vanaf dag één bewust geweest waar ik aan begon. Ik werd nog gewaarschuwd door iemand van de raad van de commissarissen: ‘weet waar je aan begint, want er is geen weg meer terug’. Dat voelt als een enorme verantwoordelijkheid en het gaat ook nog eens ten koste van je privéleven. ‘Een bedrijf runnen is zwaarder dan trouwen’, grap ik weleens.’

Getrouwd is ze niet, maar ze woont wel al jaren samen met haar vriend, die uit een vorige relatie twee kinderen heeft. ‘Ik ben voor mijn werk veel van huis, maar probeer er wel zoveel mogelijk voor de kinderen te zijn. Want ook dat vind ik fantastisch, en dan al helemaal de combinatie. Zoals laatst: de ene dag stond ik nog op een rooftopbar in Thailand, en de volgende dag zat ik in een trampolinehal in Assen. Die afwisseling, dat vind ik gaaf!’

Van den Pol is zo ongeveer de helft van de tijd op reis. ‘Ja, dat is wel veel, maar ik krijg er ook heel veel energie van. En het mooie: door dat vele reizen is de wereld voor mij heel klein geworden. Ik zie geen beperkingen meer, maar juist alleen maar kansen.’ In de meeste gevallen reist Van den Pol alleen. ‘Ik vind dat juist een voordeel. Als vrouw alleen ontmoet je heel snel andere mensen, en dat heeft tot veel mooie ontmoetingen en gesprekken geleid.’ Zo ontmoette ze ooit de leden van het MT van onder andere Nike en Disney. ‘Ik vind dat leuk, ik leer ervan. Wij zijn als bedrijf dan wel groeiend, maar dat zijn de écht grote organisaties. Een gesprek met MT-lid doet me dan bijvoorbeeld inzien dat je op een gegeven moment niet meer alle details van een bedrijf hoeft te weten.’

Voor de leeuwen
‘Dat heb ik echt los moeten laten’, zegt ze. ‘Zeker na de overname: ik had er gewoon geen tijd meer voor. Ik stond er ineens alleen voor.’ Dat had niet zozeer met de overname te maken, als wel met het feit dat haar vader nog geen maand na de overdracht ernstig ziek werd. ‘Helaas liep het allemaal anders dan we bedacht hadden, waardoor ik veel zelf heb moeten ontdekken en doen.’

Apollo mag dan wel een ‘kneiteroud’ bedrijf zijn, zoals Van den Pol omschrijft, ‘maar diep van binnen zijn we nog steeds een startup’. Wat ze ermee wil zeggen: ‘We zijn nog continu het wiel opnieuw aan het uitvinden.’ Het is vooral de consument, en de verwachtingen die de consument heeft, die de afgelopen paar jaar zo ongeveer over de kop zijn gegaan. ‘Als je bij Zalando, Bol.com of waar dan ook bestelt, ga je er automatisch vanuit dat je het de volgende dag in huis hebt. Vertragingen, te late bezorgingen: het leidt meteen tot irritatie en ongeduld.’ ‘Het moet allemaal sneller, beter en efficiënter’, wil Van den Pol er maar mee zeggen. ‘En uiteindelijk krijgen ook wij met die veranderde eisen te maken. De tijdwinst moet tenslotte érgens vandaan gehaald worden. En dus wordt er verwacht dat wij met nog snellere transportbanden komen, die nog efficiënter werken en nog meer tijdsbesparing opleveren.’

‘Ik vind het niet moeilijk om met veranderingen om te gaan’, zegt Van den Pol. ‘Ik durf wel beslissingen te nemen waarmee ik afscheid neem van hoe het ging.’ Al gaan bepaalde besluiten haar niet in de koude kleren zitten. Als voorbeeld noemt ze het recente besluit om een deel van de productie van de machines, die tot voor kort in de fabriek in Coevorden plaatsvond, uit te besteden. ‘De assemblage gebeurt hier nog wel, maar het snij- en laswerk laten we nu doen door een externe partij. Lassen is niet onze corebusiness, dus het is op een gegeven moment logischer die werkzaamheden elders onder te brengen.’ Hoe voor de hand liggend ook, voor de onderneemster was het een lastige beslissing. ‘Het feit dat het consequenties had voor het personeel vind ik dan vervelend. Al hebben de medewerkers uiteraard wel baangarantie gekregen, en hebben we ze een interne opleiding aangeboden.’

Continuïteit
Voor een familiebedrijf als Apollo is continuïteit het allerbelangrijkste. ‘Dat is kenmerkend voor familiebedrijven: continuïteit staat in de lange termijn-doelstellingen op de eerste plek. Voor een familiebedrijf gaat het niet om snel geld verdienen, maar om het voorbestaan van het bedrijf voor de komende generaties’, zegt ze.

Cultuur
Ook de cultuur binnen Apollo past bij die van een familiebedrijf. ‘Onze cultuur is de grondlegger van ons succes’, zo verwoordt Van den Pol het. ‘Iedereen die hier werkt is enorm trots op het bedrijf, en supergemotiveerd om er het beste uit te halen wat erin zit.’ Uit dankbaarheid daarvoor, en voor de kans die ze kreeg het bedrijf over te nemen, wil ze graag wat terugdoen. ‘Ik sta enorm positief in het leven, en heb geleerd dat je het leven, en daarmee ook je geluk, zelf in de hand hebt. Ik ben vroeger als kind bijvoorbeeld heel veel gepest, maar door de juiste coaching heb ik mijn denkpatroon weten te doorbreken en kan ik gelukkig zijn.’ En dat positieve denken, dat gunt ze iedereen. ‘Daarom hebben we sinds kort een interne coach, bij wie iedereen die hier werkt terecht kan. Al is je kat dood, en vind je het fijn om erover te praten: maak vooral een afspraak, druk ik iedereen op het hart. Waarom? Omdat ik er echt van overtuigd ben dat je je geluk zelf in de hand hebt.’

Dat Van den Pol een echte rasoptimist is, blijkt maar weer als aan het einde van het gesprek haar telefoon gaat, en ‘It’s a beautyful day’ van Queen door haar kantoor schalt. Haar optimisme klinkt ook door in het antwoord op de laatste vraag: ‘waar we over vijf jaar staan? Dan hebben we de wereld veroverd. Of althans, een nog groter deel daarvan.’

Geef een reactie