
Marcel de Voer: ‘Ik heb meteen de directiekamer om laten bouwen tot familiekamer’
Marcel de Voer was amper een maand directeur van uitvaartvereniging De Laatste Eer in Assen toen hij meteen een rigoureus besluit nam: hij liet zijn directiekamer ombouwen tot familiekamer en ging zelf in een ander kantoor tussen zijn medewerkers zitten. ‘We zijn hier allemaal gelijk. Natuurlijk ben ik degene die verantwoordelijk is en als er flinke knopen moeten worden doorgehakt, ben ik degene die dat doet, maar verder hou ik hiërarchie zoveel mogelijk buiten de deur.’
Marcel de Voer (49) is pas sinds januari van dit jaar directeur van De laatste Eer (DLEA) in Assen. Noem DLEA vooral geen uitvaartverzekeraar, neemt hij meteen een mogelijk misverstand uit de weg. ‘De Laatste Eer is een Vereniging met ruim 11.000 leden. Zij betalen een premie, zoals bij een verzekeraar, maar met het karakter van contributie en bij overlijden wordt er een basisbedrag van € 2.250 euro uitgekeerd voor de uitvaart, die overigens ook door DLEA georganiseerd kan worden.’ Verenigingen als DLEA, waarvan er volgens De Voer alleen al in het Noorden meer dan honderd zijn, werden aanvankelijk opgericht uit saamhorigheid. ‘Dat principe staat nog steeds overeind: of je nu 104 wordt of overlijdt op je 40e, iedereen heeft recht op dezelfde basisvergoeding, ongeacht hoeveel jaren er is betaald.’
Voor De Voer was het een behoorlijke carrièreswitch. Voordat hij bij DLEA aan de slag ging, werkte hij namelijk in het bankwezen. ‘Ik heb al met al zo’n 23 jaar bij banken gewerkt, in de meest uiteenlopende functies, waaronder leidinggevende. Hoewel ik mijn werk jarenlang met heel veel plezier heb gedaan, begon het me de laatste jaren steeds meer tegen te staan: het werk werd steeds afstandelijker. Ik miste het contact met de mens achter de ondernemer: communicatie met ondernemers verliep steeds meer via call centers, mail en internet en zo werden klanten uiteindelijk dossiers in plaats van mensen.’
Twee jaar geleden nam De Voer daarom een ingrijpend besluit: hij zegde zijn baan op en nam in 2016 ruim de tijd in zijn zoektocht naar een nieuwe uitdaging. ‘In dat jaar nam ik me voor op zoek te gaan naar een baan waarin maatschappelijke betrokkenheid een grote rol speelt. Ik had het geluk dat al gauw deze functie voorbij kwam.’
En zo geeft hij sinds begin van dit jaar bij DLEA leiding aan twaalf medewerkers: uitvaartleiders en -verzorgers, maar ook medewerkers van de ledenadministratie en boekhouding. ‘Ik heb al vrij snel in persoonlijke gesprekken met iedereen verteld wat voor type leidinggevende ik ben en wat ik van mijn medewerkers verwacht’, blikt De Voer terug op zijn eerste weken. ‘Voor mij staat bijvoorbeeld voorop dat we allemaal gelijk zijn. Ik heb niets met hiërarchie. Natuurlijk, als er grote besluiten genomen moeten worden, ben ik degene die dat doet en ik ben en blijf eindverantwoordelijk, maar in principe vind ik dat iedereen binnen dit bedrijf gelijk is en dat we daar allemaal naar moeten handelen.’
Met die gedachte in zijn achterhoofd nam De Voer dan ook al gauw het besluit om het kantoor dat al jarenlang als directiekamer diende om te bouwen tot familiekamer. Hij zelf, en ook de uitvaartleiders en -verzorgers, verhuisden naar dezelfde kantoorruimte als waar de medewerkers van de administratie en boekhouding al een plekje hadden. ‘Dat gaf mij de kans het bedrijf en de mensen goed te leren kennen en tegelijkertijd zijn de lijnen nu letterlijk heel erg kort.’ Maar dat zijn niet de enige voordelen. ‘De mensen hier doen emotioneel zwaar werk en dan is het fijn en goed als je terugkomt van een afscheid je hart te kunnen luchten bij collega’s. Nu we met zijn allen bij elkaar zitten, is er altijd wel iemand met een luisterend oor.’
Terug naar de manier van leidinggeven van De Voer, die zich volgens hem niet alleen kenmerkt door gelijkwaardigheid, maar ook door maximaal vertrouwen. ‘Dat betekent dus in de praktijk onder andere dat ik heel erg open ben. Ja, ook over financiële zaken. Tegelijkertijd geef ik mijn medewerkers vanuit dat vertrouwen enorm veel vrijheid’, zegt hij. Veel vertrouwen dus, dat vervolgens dan niet moet worden beschaamd. ‘Ja, dat is wel de andere kant. Als er misbruik van mijn vertrouwen wordt gemaakt, of ik heb het idee dat de kantjes er vanaf worden gelopen, dan is er wel een probleem en treed ik stevig en duidelijk op.’
De verschillen tussen de uitvaartbranche en het bankwezen konden bijna niet groter, ervaart De Voer elke dag weer. ‘Werken in de uitvaartbranche doe je niet voor het geld, dus dat betekent dat ik met enorm gemotiveerde, gedreven en betrokken mensen werk. Zij doen dit werk echt met passie; geld en status spelen geen enkele rol.’ Dat vraagt volgens de directeur ook om een andere manier van leidinggeven. ‘Veel softer dan bij de bank. Er wordt hier bijvoorbeeld veel meer gepraat. Dat moet ook wel, want als je in deze branche werkt, maak je heftige en emotionele dingen mee. Je moet je medewerkers de ruimte geven die emoties te uiten. Meer dan in welk vak dan ook draait het bij ons om de mensen, zij maken echt het verschil en verdienen het dus dat er oprecht naar ze geluisterd wordt.’