MINI John Cooper Works Countryman: Uit de kluiten gewassen MINI in sportoutfit

Het is nogal een mond vol: de nieuwe MINI John Cooper Works Countryman. Maar het is er dan ook eentje van de superlatieven. Deze uit de kluiten gewassen MINI in sportautofit is namelijk niet alleen de grootste, snelste, sportiefste en ruimste MINI tot dusver. Al die superlatieven maken ‘em meteen ook tot, je voelt hem al aankomen, de duurste MINI tot nu toe.

Vergeten we er bijna nog eentje: de stoerste. Aangekleed en opgetuigd volgens het beproefde John Cooper Works-recept. Dus: opvallende striping? Check. Dikke uitlaten? Check. En dan hebben we ook nog de 18- of 19-inch velgen, de rode remklauwen en opvallende achterspoiler. Ook de kleur is kenmerkend voor de JCW: dit krachtbommetje rolt alleen in het rood of groen van de band.

Maar voordat we verder gaan, eerst maar eens een klein lesje geschiedenis. In een notendop is de John Cooper Works eigenlijk een moderne reïncarnatie van de beroemde Britse Mini Cooper. Het begon allemaal toen autobouwer John Cooper kennis maakte met de klassieke Mini. Hij zag in het koddige wagentje een potentiele racehit en bouwde het iconisch model om tot raceautootje: hij gaf ‘em meer vermogen, krachtiger remmen en maakte de besturing directer. Het was 1961 en de eerste Mini Cooper was een feit. In de jaren die volgden, werd vervolgens de ene na de andere zege geboekt, waarbij de Mini Cooper onder andere tot drie keer toe de Rally van Monte Carlo wist te winnen.

Het moge duidelijk zijn: aan sportieve genen dus geen gebrek. Het zal je dan ook niet verbazen dat de John Cooper Works, die standaard vierwiel aangedreven is, de meest krachtige motor ‘ever’ in een MINI onder de kap heeft liggen. De 2,0-liter viercilindermotor is goed voor maar liefst 231 pk waarmee je in 6,5 seconden van 0 naar 100 knalt. Mocht je in de gelegenheid zijn flink door te halen, dan kun je met maximaal 234 kilometer per uur over het asfalt scheuren.

Het maakt de Countryman Cooper Works een stuk minder guitig en aaibaar dan de overige modellen uit het gamma. Want laten we wel wezen, het Britse onderkruipseltje heeft afgelopen jaren bewezen vooral de vrouwelijke rijders te kunnen bekoren. Sterker nog: het leeuwendeel van de MINI-eigenaren is vrouw. De Countryman Cooper Works kan weleens een uitzondering zijn en juist vooral het mannelijke rijdersvolk aanspreken: er ligt tenslotte een lekkere potente motor onder de kap, er is weinig mini aan de MINI en de ontwerpers zijn niet bepaald zuinig geweest met het sportieve sausje.

Daaraan hangt natuurlijk ook een aardig prijskaartje. De vanafprijs is 51.000 euro, maar leef je een beetje uit op de lijst met opties en je bent al gauw 10 tot 20 mille verder. Een hoop geld, zeker als je je bedenkt dat je voor een bedrag van een JCW ook een Range Rover Evoque of BMW 5-serie sedan op de oprit hebt staan.

Genoeg daarover, tijd voor een stukje praktijk. Tegen de gewoonte in kunnen we ons deze keer niet uitleven op het circuit helaas, maar moeten we het doen met Drentse landweggetjes en het asfalt van de A28. Maar dat is met een Countryman Cooper Works ook zeker geen straf.

Al bij het instappen wordt meteen duidelijk dat we hier onmiskenbaar met een John Cooper Works te maken hebben: op de instaplijsten prijkt opvallend het JCW-logo. Ook eenmaal binnen is het John Cooper Works wat de klok slaat. Letterlijk ook, zo getuige het sportief ogende rood/zwarte klokkenspel achter het leren sportstuur. En ja, natuurlijk ontbreekt het ook niet aan heuse sportstoelen, die ook nog eens heerlijk zitten.

Als tester Eltjo de John Cooper Works Countryman met de rode startknop in het middenconsole tot leven heeft gewekt, is er eerst nog even lichte teleurstelling. Waar blijft dat ruige en rauwe motorgeluid dat ons beloofd is? Het klinkt allemaal minder spannend en wild dan we hadden verwacht, maar als we even later de A28 opknallen en de sportknop hebben ontdekt, zijn we weer stukken beter gestemd. Okay, het geluid komt dan wel uit de speakers, maar wat maakt het uit? Bij een flinke dot gas, brult de John Cooper er lekker op los.

Hoewel de 231 pk aan paardenkrachten an sich al genoeg power leveren, zorgt het tussengas nog voor wat extra racegevoel, aldus Eltjo. Zoals we van MINI gewend zijn, zijn ook het stuurgedrag en de wegligging tiptop in orde. Het sturen gaat fijn direct, is het oordeel Eltjo en de demping is vrij stevig en hard, maar ook niet té.

Precies dus wat je van de sportiefste en snelste MINI ever, zou verwachten. En we zeiden het al eerder: deze Countryman is meteen ook de grootste die ooit gemaakt werd. Het grootste verschil met de vorige Countryman zit ‘em vooral in de lengte: de nieuweling is namelijk maar liefst 20 centimeter langer. Qua breedte gaat het om 3 centimeter en de wielbasis is 7,5 verlengd. Fijn is ook de ruimte in de kofferbak: maar liefst 450 liter.

Zouden we toch bijna het allerleukste vergeten: de Countryman, en dus ook de uitvoering Cooper Works, heeft een Nederlands tintje. De MINI’s rollen namelijk bij VDL Nedcar in Born, in Limburg van de band. Niet dat deze spierbundel nou voortaan door het leven gaat als Boer Jan Kuiper Werkt, maar ach, geinig is het wel.

De MINI John Cooper Works Countryman werd gereden door ondergetekende en Eltjo Bieckmann, directeur van de Advanced Driving School op het TT-circuit van Assen. Bieckmann heeft zowel als coureur als instructeur al heel wat race-uren op zijn naam staan.
We reden de nieuwste MINI John Cooper Works Countryman met 2,0-liter viercilindermotor, goed voor 231 pk. Dit model heb je voor een prijs vanaf 51.000 euro voor je deur staan.

Tags (categorieën en branches)MINI John Cooper Works Countryman

Geef een reactie